|
|
|
|
Ridders, rovers en rapailleVerhalen over het leven in en rond Limburgse kastelen In deze bundel met spannende verhalen maakt de lezer kennis met mensen zoals ze in de voorgaande eeuwen in Limburg in en rond kastelen hebben geleefd. Niet alleen ridders en jonkvrouwen, maar vooral de gewone mensen, knechten en meiden, boeren en soldaten, en in de laatste eeuwen ook kloosterlingen en weeskinderen. De rauwheid van de tijd wordt duidelijk in het verhaal over de pestuitbraak in 1346 op kasteel Bom en de moord op meer dan honderd joden uit Sittard en Susteren die er bescherming zochten tegen flagellanten. In ‘Het beleg van Valkenburg’ valt Luiks rapaille in 1465 stad en kasteel Valkenburg aan. In het verhaal over kasteel De Berckt in Baarlo lezen we over adellijke dochters die op jonge leeftijd tegen hun wil naar kloosters worden gestuurd, en in 1598 vindt de korte maar bloedige strijd plaats tussen de staatse bezetters van kasteel Daelenbroeck en de Spaanse belegeraars. ‘De wolventemmer van Kessel’ blijkt een jongeman die aan de ronselaars van Frederik de Grote onstnapt en een geboren verteller blijkt. In het verhaal ‘Het wolvenpak’ beleven bokkenrijders hun laatste uren in de gevangenis van kasteel Hoensbroek. ‘Vogels in gescheiden kooien’ verhaalt over kinderen die in 1899 worden opgevangen in kasteel Heel. Het boek is geschreven voor lezers van jong tot oud.Aan elk verhaal is informatie toegevoegd over het kasteel, de mensen en de tijd waarin het speelt. ‘De verhalen zijn erg spannend. Ze voeren de lezer op aangename wijze terug in de tijd. De verbindingen die worden gelegd tussen de historische personages zijn knap gevonden. Dat geldt ook voor de plots van de verhalen.’ Wim Hupperetz, bestuurslid van de Stichting Limburgse Kastelen. 
De straat is van de mannende straat is van de mannenDe mannen van Gondar slenteren over straat want de straat is van de mannen hand in hand lopen ze op en neer lachend maken ze grappen over elkaar soms staan ze stil, om te praten met de mannen die ze juist hebben ontmoet toen ze de andere kant op liepen want elke ontmoeting is weer nieuw Tientallen keren treffen ze elkaar en elke keer is er weer wat te verhalen over wat ze zojuist van andere mannen over weer andere mannen hebben gehoord in Gondar is de straat van de mannen omdat mannen onder elkaar willen zijn en zoveel over elkaar te zeggen hebben Ze slenteren door tot ver na middernacht er komt geen einde aan het praten want ze hebben elkaar steeds weer opnieuw zo ontzettend veel over elkaar te vertellen pas tegen het ochtendgloren, bekaf van het praten gaan ze naar huis met de tong op de schoenen hun buik plat van de honger, om te slapen en de dag lang te dromen over de komende avond wanneer ze weer alles over elkaar kunnen horen
|
|
Copyright: Ton van Reen.
|
